TUR blaas operatie

(TUR-Blaas: het verwijderen van een poliep uit de blaas)

Een poliep is een goedaardig of kwaadaardig gezwel. Een poliep in de blaas moet altijd worden verwijderd. De poliep kan groter worden, bloedingen veroorzaken en doorgroeien in de spierwand.
Deze operatie gebeurt via de plasbuis. Deze operatietechniek wordt TUR-blaas (transurethrale resectie) genoemd.

 

Voorbereiding

Wanneer u bloedverdunners gebruikt moet u dit van tevoren melden. Soms moet u het gebruik van deze medicijnen voor de operatie stoppen. Dit gaat altijd in overleg met de uroloog. U wordt meestal op de dag van de operatie opgenomen en u kunt vaak de volgende dag weer naar huis.

 

De operatie


De ingreep gebeurt meestal met ‘spinale’ verdoving (de ruggenprik). U bent verdoofd van de navel tot en met de tenen. U ligt op de rug met uw benen in beensteunen. De blaas wordt nu bekeken zoals met een blaasonderzoek op de polikliniek. De blaastumor wordt weggesneden en het wondje dat ontstaat wordt gecoaguleerd (dichtgeschroeid).
Om de inwendige wond rust te geven en de bloederige urine af te voeren, wordt een blaaskatheter voor 1 dag achtergelaten.
Soms wordt op de dag van de operatie een blaasspoeling gegeven via de katheter om te voorkomen dat de blaastumoren terugkomen.


 
Nazorg


De katheter blijft kort in de blaas om eerst te zorgen voor een goede urineafvoer. De urine is veelal roze of rood gekleurd. Na 1 dag wordt de katheter verwijderd. Wanneer het plassen hierna goed op gang is gekomen, kunt u het ziekenhuis verlaten. Om de vorming van bloedstolsels te voorkomen kunt u het beste de eerste week goed drinken (ca 2 liter per dag). Na 10-14 dagen komt u op controle op de polikliniek voor de uitslag van het weefselonderzoek.

 

Klachten


Na de operatie treden vaak blaaskrampen op en kunt u een schrijnend gevoel hebben in de plasbuis. Het plassen gaat vaak samen met meer aandrang en u moet waarschijnlijk vaker naar het toilet. Soms kunt u bij aandrang wat druppels urine verliezen. Dit normaliseert in de loop van enkele weken. De urine kan soms nog bloederig tot 6 weken na de operatie. Dit is niet verontrustend. Neem contact op met uw arts wanneer u duidelijk bloedstolsels blijft plassen, koorts heeft (boven 38.5°C) of blaasontsteking klachten heeft.


Controle


Als blijkt dat de blaastumor kwaadaardig is blijft u gedurende meerdere jaren onder urologische controle waarbij een blaasonderzoek (cystoscopie) wordt verricht. In principe gaan de afspraken volgens het volgende schema, tenzij uw uroloog anders beslist.
• 1e jaar per 3 maanden,
• 2e jaar per 4 maanden,
• 3e jaar per 6 maanden,
• vervolgens jaarlijks.
Afhankelijk van het soort tumor en de snelheid van terugkomen worden soms blaasspoelingen gegeven om de snelheid van terugkomen te verminderen.